maandag, maart 20, 2023

Klimaatpanel IPCC publiceert syntheserapport: oplossingen zijn er en worden steeds beter

Vandaag publiceert het Intergouvernementeel klimaatpanel van de Verenigde Naties zijn lang aangekondigde syntheserapport. Daarin wordt alle huidige wetenschappelijke kennis rond de klimaatverandering en haar effecten op mens en natuur samengevat.

Alleen al het eerste deel steunt op meer dan 14.000 wetenschappelijke studies. Na een uitgebreid consultatieproces werd het goedgekeurd door 195 landen, nagenoeg de hele wereld. Conclusie: de toestand is ernstig en we moeten dringend versnellen. Het goede nieuws blijft gelukkig: de oplossingen zijn er en die worden ook steeds beter.

De data die onze klimaatmodellen schragen komen vandaag van overal op de planeet, van de hoogste toppen in de Himalaya tot de Marianentrog in de diepte van de Stille Oceaan. Samen geven ze een grimmig beeld. Overal smelten gletsjers met een snelheid ongezien gedurende de laatste tweeduizend jaar, gletsjers die de bron vormen voor watersystemen waarvan honderden miljoenen mensen afhankelijk zijn voor hun drinkwater en levensonderhoud. Met dat water worden talloze landbouwgebieden bevloeid en industriële processen aan de gang gehouden.

Ondertussen is het aantal extreme weerfenomenen sterk toegenomen, in frequentie en intensiteit. Sinds 2008 zijn meer dan 20 miljoen mensen per jaar in eigen land op de vlucht gemoeten voor weer-gerelateerde rampen. Tussen 3,3 en 3,6 miljard mensen wonen nu in gebieden die extra kwetsbaar zijn voor de effecten van klimaatverandering. Zoals we in de zomer van 2021 hebben gezien is ook ons eigen land kwetsbaar; voor overstromingen, maar ook voor hittegolven en droogte.

De mondiale emissies van alle door de mens uitgestoten broeikasgassen tussen 2010 en 2019 waren hoger dan enige periode in de geschiedenis van de mensheid: in 2019 kwam dit uit op 59 gigaton CO2-equivalenten, dat is 12 procent hoger dan in 2010 en liefst 54 procent hoger dan in 1990. Als we de temperatuur nog willen beperken tot 1,5 graad rest ons een beperkt budget van 500 gigaton. In het huidige tempo hebben we nog nauwelijks acht jaar voor dat budget op is. We moeten dus zo snel mogelijk de knik maken en emissies afbouwen.

Bovendien heeft de natuur niet minder dan 54 procent van alle door de mens veroorzaakte emissies van de laatste tien jaar opgenomen, zo becijferde het WWF: 31 procent door land gebaseerde natuur zoals planten, dieren en grond, de andere 23 procent is opgenomen door de oceaan. Diezelfde natuur wordt echter nog steeds op grote schaal vernietigd door ontbossing of omzetting in monoculturen en andere menselijke infrastructuur. De oceaan blijven we leegvissen en vervuilen. We zagen de tak af waarop we zitten.

Het is dan ook verbijsterend om vast te stellen dat er nog steeds 900 miljard euro naar subsidies gaat voor fossiele brandstoffen (in eigen land ook meer dan 10 miljard per jaar, zoals recentelijk becijferd door minister Khattabi) of dat de honderden miljarden die vandaag de kassa’s binnenstromen van de fossiele industrie ingezet zullen worden om nieuwe bronnen aan te boren en de wereld blijvend vast te zetten in nieuwe fossiele infrastructuur.

En toch. In haast alle sectoren zijn er oplossingen om de uitstoot met de helft terug te brengen tegen 2030. Tussen 2010 en 2019 zijn de kosten van zonne-energie en batterijtechnologieën met liefst 85 procent teruggevallen. Als het gaat om aanpassing aan de effecten van klimaatverandering: op natuur gebaseerde oplossingen, zoals herstellen van natte gebieden, rivieren hun natuurlijke loop teruggeven of herbebossen, zijn goedkoper en duurzamer dan harde infrastructuur en technische ingrepen.

Al die bestaande oplossingen hebben dit met elkaar gemeen: ze zijn nu inzetbaar, ze zijn niet duur en bieden op korte termijn grote voordelen zoals energie-onafhankelijkheid, schonere lucht, meer biodiversiteit en mogelijkheden voor een gezondere levenstijl.

En zowel voor energie (Net-Zero Industry Act) als voor natuur (Nature Restauration Law) zit er een forse rugwind vanuit Europa aan te komen. We hebben alles om de tanker te keren.

Deze opinie verscheen op de website van De Morgen.

Als we een klimaatramp willen vermijden, is onmiddellijk meer actie nodig

'Hopelijk zal deze nieuwe waarschuwing opnieuw een belangrijke sprong voorwaarts inluiden, of eerder een reeks van sprongen’, schrijft Koen Stuyck van WWF. Hij reageert op het syntheserapport van het IPCC. Daarin wordt gesteld dat de uitstoot van broeikasgassen onmiddellijk moet dalen, willen we de opwarming van het klimaat onder de 1,5°C houden.

Het synthese-rapport van het Intergouvernementeel klimaatpanel van de Verenigde Naties dat vandaag gepubliceerd werd, kan niet duidelijker zijn. We stevenen af op een klimaatramp als we onze emissies van broeikasgassen niet snel en drastisch terugschroeven en uiterlijk in 2050 tot netto nul terugbrengen. Dat we dat vandaag onvoldoende doen, daarover is de wetenschap heel duidelijk. Als we de tussentijdse doelen die uitgezet worden in dit rapport, namelijk -43% tegen 2030, 60% tegen 2035 en 69% reductie tegen 2040, willen halen, dan moeten we onmiddellijk veel grotere actie ondernemen dan we vandaag doen.

Bescherm de buffercapaciteit van onze natuur

Beperken van de opwarming tot 1,5° zal de risico’s op onomkeerbare klimaatveranderingen met veel verlies en schade voor mens en ecosystemen beheersbaar houden. Gaan we erover, dan nemen extreme weersfenomenen hand over hand toe in frequentie en intensiteit. Ecosystemen die nu reeds fel onder druk staan dreigen in te storten. Denk aan het Amazonewoud dat degradeert tot een netto-uitstoter van CO2 (voor delen daarvan gebeurt dat nu al, stelden biologen vast in het gerenommeerde vaktijdschrift Nature). En dat terwijl we die natuur hard nodig hebben. Het IPCC rapport toont ook aan dat planten, dieren, grond en de oceaan samen de laatste tien jaar 54% van de door de mens veroorzaakte CO2 emissies heeft geabsorbeerd. De natuur beschermt ons tegen al te grote impact, door emissies op te nemen maar ook weer gerelateerde extremen op te vangen en te bufferen. Als we echter aan het huidige tempo doorgaan met ontbossen en de oceaan laten verzuren en vervuilen dan zal die buffercapaciteit daar onvermijdelijk onder lijden.

Dit synthese rapport van de 6e beoordelingscyclus geeft niet alleen wetenschappelijke conclusies weer van de mondiale wetenschappelijke gemeenschap. Na een week van doorlichting en een marathononderhandeling tijdens het voorbije weekend hebben de 195 landen die lid zijn van het IPCC de samenvatting van het rapport, dat zelf duizenden bladzijden telt, goedgekeurd. Dat betekent dat de hele wereld de conclusies van het rapport erkent en aanvaard. In het verleden hebben de rapporten van de 5e beoordelingscyclus (2013-14) geleid tot het akkoord van Parijs. Het speciale rapport over de globale opwarming van 1,5° (2018) heeft klimaatdoelen in vele landen beïnvloed. Grote landen als Frankrijk en het Verenigd Koninkrijk hebben een doel van netto-nul broeikasgassen in 2050 in hun nationale wetgeving ingeschreven.

Rennen, niet wandelen

Hopelijk zal deze nieuwe waarschuwing opnieuw een belangrijke sprong voorwaarts inluiden, of eerder een reeks van sprongen. Het is alvast een schot voor de boeg van de onderhandelaars die op de volgende klimaattop in december het ambitieniveau moeten optrekken. Ook in eigen land zijn we nog aan het wandelen terwijl we moeten rennen. Onze uitstoot is sinds 1990 met 24 % gedaald, maar om de Europese doelstellingen te halen moeten we tegen 2030 aan -47% zitten. Dat betekent dat we op krap 8 jaar bijna het dubbele aan reducties moeten halen dan wat we de vorige 32 jaar hebben gerealiseerd.

Het goede nieuws is dat we met bestaande oplossingen de klus kunnen klaren, en dat die bovendien steeds goedkoper worden. De kost van zonne-energie en batterijen is op 10 jaar tijd met maar liefst 85% gedaald. Als het gaat over aanpassen aan de effecten van klimaatverandering blijken natuur gebaseerde oplossingen zoals laten hermeanderen van rivieren en herbebossen vele malen goedkoper, duurzamer en effectiever dan traditionele harde infrastructuur. Ook in de circulaire economie zijn er veel nieuwe oplossingen die zich aandienen. Maar er moet dringend opgeschaald worden – op alle niveaus.

Voor Europa na de oorlog luidde het Amerikaanse Marshallplan een lange periode van economische groei en welvaart in. De wereld zou gebaat zijn met een massale investering- en reguleringsgolf die onze samenlevingen gezonder, rechtvaardiger, veiliger en weerbaarder maakt tegen klimaatschokken, want al die laatste voordelen krijgen we er gratis bij.

Deze opinie verscheen op Knack.